Home

SCHEP Van trien den heilige

HET VERHAAL VAN ONZE SCHEP!


In de Rupelstreek zijn nog maar weinig streekgerechten overgebleven en daarom werd opnieuw aangeknoopt met de rijke traditie van het schep maken in onze contreien. Door een huwelijk van vlees en bier, werd het recept lichtelijk aangepast en wordt er, in de plaats van de klassieke drank, KLINKAERT-bier roodbruin gebruikt om het vlees in te garen. Schep is stoofvlees gemaakt van paardenvlees. 

 

PAARDEN WAREN HEILIGE DIEREN!


Oorspronkelijk, tot het einde van de 19de eeuw en zelfs nog iets later, werd hier nooit paardenvlees gegeten. Misschien wel een overblijfsel van heel lang geleden. Het paard was in de Germaanse mythologie, een heilig dier en dus ongeschikt voor consumptie. In de Rupelstreek werden, de paarden, in de herfst opgekocht tijdens de vermaarde jaarmarkten. Koopmannen slachtten de dieren, ontdeden ze van hun kostbare huid en staken de kadavers onder een mesthoop (paardenkerkhof) om het vlees te laten verteren. Naast een verbeterde mest bleven er de knoken over, die verzameld werden en verkocht aan de lijmfabrieken van Brussel. Bijna elke gemeente bezat zo’n kerkhof. Voor Niel was dat op de plaats waar in 1951 de watertoren werd opgericht, gelegen aan de Antwerpsestraat vlak tegen de grens van Schelle.











SCHEP VAN TRIEN DEN HEILIGE


Pas na de Eerste Wereldoorlog en mogelijk al tijdens die oorlog, gedwongen door de armoede op de steenbakkerijen en de grote hongersnood, zag men uiteindelijk af van het grote taboe en ging men paardenvlees consumeren. Zo ontstonden de typische paardenbeenhouwerijen. In Niel had men voor een paardenslachter een speciale benaming. Hij werd een ‘pjeirenteusser’ genoemd. Nogal wat verenigingen organiseerden, sommige nog altijd, een schepavond voor hun leden, soms als jaarlijks teerfeest.

Noemde men Trien in Niel, die het paardenvlees zo zalig bereidde, daarom den Heilige? Neen, die naam is overdrachtelijk aan haar naam toegevoegd. Zij erfde hem niet van haar vader, maar van haar schoonvader! Judocus Marnef was een dagloner die in Ruisbroek-Sauvegarde woonde en die als bijnaam ‘den heilige’ kreeg. Trien werd ook ‘den Heilige’ genoemd, mannelijk dus! Paul Koeck, de vermaarde schrijver uit de Rupelstreek, vernoemt haar in één van zijn boeken als ‘Trien-van-den-heilige’. Misschien was dat oorspronkelijk wel de correcte bijnaam.

Trien, met haar volledige naam Maria Catharina Struyf, geboren in 1873, trouwde met de zoon van Judocus, namelijk Sus Marnef. Het jonge koppel verhuisde eerst naar Noeveren en later naar Hellegat, in de Hellegatstraat nummer 14, waar zij een paardenbeenhouwerij openden. De paarden werden in een gebouw achter het woonhuis geslacht. Dit kubusvormige gebouw is nog altijd te zien in Hellegat. De dieren werden gedood met een speciale punthamer. Daarna werden ze omhoog getakeld om ‘af te werken’.

 

Schep van Trien is verkrijgbaar in verpakkingen van 300 & 500 gram. Het is een vers produkt, dat na het bereiden en het afvullen in onze verpakkingen, onmiddellijk gekoeld wordt.

Voor verenigingen en grote groepen kunnen wij onze SCHEP warm aanleveren in thermische bakken.


Tot 1994 werd de schep gemaakt door René Marnef, die zijn handgeschreven recept doorgaf aan zijn dochter Danielle.

Sinds 2015 werd dit recept terug op de markt gebracht.